Jens van Tricht | Tijd voor een nieuwe stap: reflecties op dertien jaar Emancipator
Lieve mensen, ik heb besloten een stap opzij te doen als directeur-bestuurder van Emancipator zodat ik zelf meer ruimte krijg om nieuwe dingen te ontwikkelen en zodat de organisatie en mijn collega’s de ruimte krijgen om zich op eigen wijze verder te ontwikkelen.
Per 1 januari 2026 vormen mijn collega’s Jip Mars, Lilly van der Hoek en Bas Zwiers gezamenlijk de directie van stichting Emancipator. Ik blijf bij Emancipator werken als strategisch en inhoudelijk adviseur en zal me er waar nodig enthousiast voor inzetten dat de organisatie stevig op eigen benen komt te staan. En natuurlijk gaan we met Emancipator op volle kracht verder om mannenemancipatie te bevorderen!
In 2012 begon ik met de ontwikkeling van wat in 2014 officieel Emancipator werd. Vanuit verschillende projecten en samenwerkingen met mensen en organisaties was de noodzaak ontstaan om de organisatie te worden die we wilden zien in de wereld. De oproep aan jongens en mannen om deel van de oplossing te worden voor uiteenlopende emancipatievraagstukken was niet nieuw, maar de tijd was er wel rijp voor.
Emancipator was een logische voortzetting van het pad dat ik daarvoor al even bewandeld had. Ik was in 1990 in de kraakbeweging in aanraking gekomen met feminisme en we hebben elkaar niet meer losgelaten. In 1992 ging ik Vrouwenstudies studeren aan de Universiteit van Amsterdam, waarbij ik me specialiseerde in mannen en mannelijkheid en ik ook enkele werkgroepen over mannen en mannelijkheid heb mogen opzetten en begeleiden.
Als man bij vrouwenstudies kwam ik in aanraking met vele vrouwenorganisaties die het belangrijk vonden om jongens en mannen te betrekken bij de uiteenlopende onderwerpen waar ze zich mee bezighielden: geweld, zorg, onderwijs, opvoeding, ouderschap, integratie, seksualiteit, relaties, werk, enzovoorts. De gehele agenda van de vrouwenbeweging had immers ook alles te maken met de rol van jongens, mannen en mannelijkheid.
Uiteindelijk heb ik er 12 jaar over gedaan om mijn studie af te ronden – tussendoor kwamen een persoonlijke crisis, een conferentie over utopische gemeenschappen, werkgroepen over mannen en mannelijkheid, een jaar reis door India en Nepal, invalwerk als leraar maatschappijleer en verzorging op een vmbo, en werk bij kindercircus Elleboog. In het begin werkte ik naast mijn studie als vrijwilliger bij Elleboog, aan het eind deed ik mijn studie ernaast terwijl ik als projectleider verantwoordelijk was voor verschillende projecten.
Bij Circus Elleboog leerde ik met mensen werken. We gebruikten circus als middel voor sociaal-emotionele ontwikkeling. Er waren projecten in alle buurten van Amsterdam, met kinderen van alle leeftijden en mensen van alle achtergronden. Ik leerde de multiculturele wereld die Amsterdam is beter kennen, en ik ontwikkelde mezelf als begeleider en trainer van groepen. De filosofie van Elleboog – aansluiten bij de belevingswereld van het kind, alles wat kan dat mag, de uitdaging, en applaus – werkt ook in mannenemancipatie. Plus dat verschillen nodig en belangrijk zijn om een mooie voorstelling te kunnen maken! Ik zeg dan ook regelmatig tegen groepen dat ik eigenlijk circus met ze doe, ook al gebruiken we andere methoden. En soms zijn die methoden zelfs heel nuttig om aan mannenemancipatie te werken, zo pionierde Circus Elleboog al in de jaren 1990 met een vader-kind project waar ik ook aan mee mocht werken.
Nadat ik mijn studie in 2004 eindelijk had afgerond, ging ik in de praktijk aan de slag. Ik ging Toffe Jongens-workshops over mannelijkheid en geweld geven op lagere en middelbare scholen, gebaseerd op inzichten vanuit Vrouwenstudies, de educatieve video Tough Guise van Jackson Katz, en werkvormen uit kindercircus en het Rots en Water-programma.
Hieruit kwam weer het project TrotseZonenTrotseVaders voort, waarin ik met allerlei partnerorganisaties een methodiek ontwikkelde om het contact tussen vaders en hun tienerzonen te versterken. Dit project werd gefinancierd vanuit het Man 2.0-programma van het Oranje Fonds, waarin 23 projecten voor mannenemancipatie een aantal jaar financiering kregen.
Tegelijk met TrotseZonenTrotseVaders mocht ik als coördinator aan de slag met het vraagstuk ‘Jongens, wat is er aan de hand?’ van de gelijknamige collegereeks van UvA en HvA, over de veranderende verhouding tussen jongens en onderwijs en de uitdagingen die daaruit voortkomen voor alle betrokkenen.
De vraagstukken rondom jongens en vaderschap waren en zijn groot genoeg om daar een specialisatie in te ontwikkelen en een bestaan op te bouwen. Maar dat wilde ik niet, dat voelde als te klein, te versnipperd en gefragmenteerd. Het onderliggend probleem bij deze en andere vraagstukken is namelijk altijd hetzelfde: de opvattingen en normen over mannelijkheid, de mannelijkheidscoderingen, de man box – die jongens en mannen voorschrijven wat ze wel en niet mogen en moeten zijn.
We begonnen met de Keukentafel – werkgroep mannen en genderrechtvaardigheid binnen het Nederlands Gender Platform WO=MEN – gesprekken te voeren over wat mannen kunnen bijdragen aan emancipatie, en wat ze daarbij te winnen hebben. In een paar jaar tijd spraken we honderden mensen van allerlei achtergronden, uit allerlei organisaties en allerlei gemeenschappen. De antwoorden waren helder: mannen kunnen en moeten op allerlei manieren bijdragen aan alle agendapunten van de vrouwen- en emancipatiebeweging, en wat ze te winnen hebben is persoonlijke ontwikkeling, dat ze meer mens mogen worden, bevrijding van het mannelijk keurslijf.
Via de Keukentafel kwam ik in aanraking met de inspiratie en expertise van de MenEngage Global Alliance, een wereldwijd netwerk van inmiddels meer dan 1100 organisaties in zo’n 100 landen. Nadat ik me jaren als een roepende in de woestijn had gevoeld was er opeens een oase, waar we niet hoefden te strijden over het waarom van mannenemancipatie, maar waar we van elkaar konden leren hoe we dat dan deden, mannenemancipatie. Dus in navolging van MenEngage moest er ook in Nederland een organisatie komen die dit zou agenderen, die hieraan zou werken, die – in navolging van MenEngage – zou doen aan ‘networking, capacity building & advocacy’.
Ik ging gesprekken voeren met de organisaties waar ik mee had samengewerkt, om te onderzoeken hoe een organisatie voor mannenemancipatie in Nederland vorm zou kunnen krijgen. Omdat veruit de meeste gesprekspartners vanuit deze organisaties vrouwen waren, organiseerde ik een jaar lang ‘mannen maandagen’ bij mij thuis. Dit was een soort klankbordgroep cq. denktank van ‘loslopende mannen’ die ik in de loop der jaren had verzameld omdat ze als vrijwilliger, activist, zelfstandige, of man in een organisatie vol vrouwen al bezig waren of wilden met verschillende thema’s en doelgroepen van mannenemancipatie.
Uit de betrokkenheid van al deze tientallen organisaties, professionals en activisten die zich op hun eigen manieren uitspraken en inzetten om nieuwe perspectieven voor jongens, mannen en mannelijkheid te ontwikkelen, om hen uit te nodigen meer mens te zijn en deel van de oplossing te worden, is uiteindelijk Emancipator ontstaan, als plek om elkaar te ontmoeten, te versterken en samen de boodschap steeds meer naar buiten te brengen. Waarvoor veel dank!
En de rest is geschiedenis – still in the making!
Want die geschiedenis is toch echt nog lang niet klaar. Sterker nog, meer dan ooit is het nodig om mannelijkheid te transformeren, jongens en mannen deel van de oplossing te maken en de systemen te ontmantelen die ongelijkheid, onveiligheid en onrechtvaardigheid creëren en reproduceren. En meer dan ooit is het dus nodig om jongens en mannen hierop aan te spreken, meer dan ooit is het nodig dat jongens en mannen zich hierover uitspreken en zich hiervoor inzetten, en meer dan ooit is het ook nodig dat jongens en mannen echt aan de slag gaan met het innerlijk werk dat bijdraagt aan maatschappelijke verandering.
En meer dan ooit moet de samenleving als geheel hier verantwoordelijkheid voor nemen. Het is een neoliberale illusie dat alles wel goed komt als iedereen vooral aan zichzelf denkt, en het is dezelfde neoliberale illusie dat alles wel goed komt als iedereen individueel probeert te emanciperen. We hebben diepgaande, structurele en duurzame verandering nodig op institutioneel niveau, op cultureel niveau, op organisatieniveau, en ja ook op individueel en relationeel niveau.
Daar zal ik me binnen en buiten Emancipator graag verder mee bezig gaan houden: de diepte in, structureel en duurzaam. Met mensen, mannen, organisaties, instituties en de samenleving als geheel. Ik heb plannen voor onder andere allerlei trainingen, een transformatief leiderschaps- en onderzoekstraject, advies en begeleiding bij veranderingstrajecten in organisaties, een podcast en een nieuw boek. Dat alles in verbinding en samenwerking met Emancipator, maar ook met de vrijheid en autonomie die ik nodig heb om te creëren. Mijn kindje Emancipator gaat steeds meer op eigen benen de wereld in, er is voor mij dus ook ruimte om weer wat meer de wereld in te gaan.
Emancipator heeft altijd als vliegwiel gefunctioneerd voor initiatieven van mensen en organisaties die zich bezig willen houden met mannenemancipatie. Wat is er nu mooier dan dat Emancipator mij ook weer laat vliegen, en ik Emancipator?! Samen gaan we een mooie toekomst tegemoet, en hopelijk ook met jullie, want als we een beetje rondkijken in de wereld dan is het nu wel echt ‘alle hens aan dek’ voor mannenemancipatie!


