Blog 14. Jos van der Schot: Tegen het terrorisme
Lezend in de blogs van deze White Robbon Campagne gaat bij mij de vraag weer knagen of we ons wel voldoende bezighouden met het bestrijden van geweld tegen vrouwen. De zoektocht naar onszelf als man en als mens – Be the human you wish to see in the world – is belangrijk en onmisbaar, maar waar blijft onze maatschappelijke strijd? Vormt die strijd tegen geweld tegen vrouwen niet al dertig jaar de kern van de White Ribbon Campagne? Onderschatten we niet het systematische geweld dat een groeiend aantal mannen afvuren op vrouwen én op mannen?
Ik realiseer me dat ik zelf deze blinde vlek ook lang had. Toen ik in 2012 begon aan een boek over de toekomst van de man luidde mijn werktitel: Lone wolves on a lost planet. Het startte bij wat ‘het jongensprobleem’ werd genoemd: jongens die op scholen lage cijfers halen, die de klas op stelten zetten, die uitvallen, zich te buiten gaan aan openbare geweldpleging of erger. Iets verder kijkend dan het schoolplein breed is, zag ik corruptie, machtsmisbruik, vriendjespolitiek, zelfverrijking, mishandeling, verkrachting, (massa)moord. Kortom, ik zag een mannenprobleem.
De hoofdstuktitels die ik destijds koos laten de richting van mijn gedachten lezen. Ik was optimistisch. In mijn visie loopt het oude vaderland van jongens en mannen – het patriarchaat – op zijn laatste benen. Het heeft de meeste mannen niets meer te bieden. Het is logisch dat mannen verdwalen, maar zodra mannen zich dat realiseren, zullen ze kiezen voor een nieuw vaderland, of beter een ouderland (m/v).
Als ik er nu weer naar kijk ziet de opzet er nog steeds gedegen uit. De massale onthullingen van seksuele misstanden die in 2017 de #MeToo-beweging in gang zetten versterken mijn gevoel dat het gedaan is met de patriarchale man. Maar ik miste een signaal: de enorme verbetenheid waarmee mannen zich vastklampen aan hun verloren wereld en van daaruit de aanval openen op vrouwen die in hun ogen de oorzaak zijn van hun treurige lot.
De manosphere
Voor deze mannen is er wél een andere optie dan de gelijkwaardigheid die ik voor ogen heb. Het is een optie waar veel, heel veel mannen hun nieuwe vaderland vinden: de manosphere. En, ja, ik vind nog altijd dat de reddingsboei van deze patriarchale oprisping zo lek is als een mandje, maar de voormannen van de manosphere weten er een aura van zeewaardigheid aan te geven, een antwoord op het verdriet, de angsten, de eenzaamheid, de boosheid en de vertwijfeling van veel (jonge) mannen. Daarbij maken ze veel slachtoffers, zowel onder vrouwen als mannen.
Wie gedetailleerd inzicht wil hebben wat we precies verstaan onder de manosphere, moet het boek Men who hate Women van Laura Bates lezen (The Guardian geeft een mooie introductie). Bates’ verhaal leidt de lezer langs de vele gezichten en gedragingen die deze vrouwenhaat laat zien, zowel online als offline.
Het gaat over incels, involuntairy celibates die boos zijn omdat vrouwen hun niet de seks geven waar zij recht op denken te hebben. Het gaat om pickup artists, die elkaar aanmoedigen om wildvreemde vrouwen aan te spreken en te ‘verleiden’ tot seks. Mannen die vrouwen alle rechten in de mannenwereld willen ontzeggen (men gowing their own way). Mannen die woedend zijn omdat het de schuld van vrouwen is dat ze … niet krijgen (je kunt van alles op de puntjes invullen). Mannen (trollen) die vrouwen op internet en in het dagelijkse leven bedreigen of aanvallen, als ze publiekelijk van zich laten horen of een prominente plaats innemen in de samenleving. Mannen die de haat en de woede van mannen uit de online manospere gebruiken om zelf – offline – voordeel te halen. Mannen die bang zijn voor (de macht van) vrouwen, bijvoorbeeld voor een valse beschuldiging van verkrachting.
Serieus en dodelijk
Wie denkt dat het hier gaat om een kleine groep weirdo’s, die zich ergens diep verborgen op het internet bevinden, vergist zich. Het gaat om een enorme roedel van ‘eenzame’ wolven op zoek naar een gemeenschap waar ze bij kunnen horen, die samenpakken en elkaar aanmoedigen om hun haat in steeds explicietere termen te verwoorden en om te zetten in daadwerkelijke actie. De verbindingen met de offline bovenwereld zijn talrijk, onder andere met invloedrijke personen. Trump is een schoolvoorbeeld hiervan maar zeker niet de enige. En de groep groeit razendsnel. In het hoofdstuk Men who don’t know they hate women werpt Bates een blik op de ronselcampagnes via internet, met name gericht op pubers.
Het idee dat deze wolven wel huilen maar niet bijten, klopt niet. De misogyne daden die hun voedingsbodem vinden in de manosphere vallen één-op-één onder de juridische definitie die de AIVD aan terrorisme geeft: “het plegen van gewelddaden met het oogmerk om de bevolking of een deel van de bevolking van een land vrees aan te jagen, dan wel een overheid of internationale organisatie te dwingen iets te doen, niet te doen of te dulden, dan wel de fundamentele politieke, constitutionele, economische of sociale structuren van een land of een internationale organisatie ernstig te ontwrichten of te vernietigen” (bron: AIVD). En vrees aanjagen doen deze mannen, zowel online – van hatemail tot doodsbedreigingen – als offline – van grensoverschrijdend benaderen en aanrandingen tot verkrachtingen en (massa)moord.
Het gewelddadige en moorddadige karakter van de manosphere is legendarisch door de dodemansrit van Elliot Roger in Palo Alto, California. Roger had het expliciet gemunt op vrouwen. In een afscheidsvideo op YouTube zei hij: “I’ve been forced to endure an existence of loneliness, rejection and unfulfilled desires, all because girls have never been attracted to me. Girls gave their affection and sex and love to other men, never to me.” Hij was op dat moment 22 jaar. Roger werd de held van de manosphere. Het volgen van E.R., zoals hij op het internet genoemd wordt, is een heldendaad. En velen volgden E.R..
Twee routes
Zo biedt de manosphere jongens en mannen, naast de ‘natuurlijke’ route in de richting van gelijkwaardigheid tussen mannen en vrouwen, een parallelle terroristische route die leidt tot toename van haat en geweld tegen vrouwen.
Betekent dit dat wij bij Emancipator met onze inzet op een meer menselijke man op de verkeerde weg zitten? ‘Nee, zeker niet’. We zullen het voorbeeld moeten blijven leven van de hele man. De man die zijn mannelijkheidsnormen onder de loep neemt en daar nieuwe mogelijkheden voor geluk in ontdekt. De man die zorgzaam is en arbeid en zorg deelt met vrouwen. De man die geweld afwijst en er tegen opstaat als andere mensen geweld plegen. De man die opkomt voor diversiteit. De man die opstaat tegen bestaande gendernormen in de samenleving.
Gelijktijdig zullen we ook de strijd aan moeten gaan met de manosphere. En dat wordt een stevig gevecht, dat zich met name op de kruising van de parallelle wegen afspeelt. Want daar nemen onschuldige en kwetsbare jongens en mannen de afslag naar de haat en het geweld. Er bestaat daarbij een duidelijk onderscheid tussen mannen die naar de incel-wereld toegetrokken worden vanuit hun kwetsbaarheid, angst, schaamte en ongeluk, en mannen die voor de incel-wereld kiezen met gewelddadige bedoelingen.
Strijd? Gevecht? Verliezen we dan niet de zachte mannelijkheid die we net aan het ontdekken en ontwikkelen zijn? Wederom luidt het antwoord ‘Nee’. Het wordt tijd om de kernhouding van de manosphere in het volle daglicht te ontmaskeren. En die kern is ‘vrouwenhaat’, niet meer en niet minder. We moeten politieke verontwaardiging veroorzaken, zodat er wetten en regels komen en terroristische acties als zodanig worden bestraft. We moeten maatschappelijk verzet mobiliseren. Maar bovenal moeten we de jongens en mannen die op de kruising staan, de warmte van een alternatieve mannengemeenschap aanbieden. We moeten laten zien dat een vrouwvijandige houding mannen niet helpt om van hun verdriet, angst, boosheid, eenzaamheid en vertwijfeling af te komen.